Uttanasana
ud (उद्) = superioriteit
tāna (तान) = gestrekt
uttāna (उत्तान) = intense strekking, recht, opgerekt, uitstrekkend
āsana (आसन) = houding, pose
Sanskriet:
uttānāsana
Nederlands:
staande tang / vooroverbuiging
Engels:
standing forward bend